De afgelopen week was ik te gast op twee hogescholen. Eentje in Ede en de hogeschool Utrecht waar een bijeenkomst werd gehouden in de tropische kassen van de botanische tuin. Wat was het fijn om tussen de studenten te lopen, de opwinding te voelen en live met elkaar in gesprek te kunnen. Er werden vragen gesteld, veel vragen over verschillende onderwerpen. Een van de belangrijkste vragen cirkelde rondom de verwevenheid van vrouwelijkheid en lichaam.
Onszelf vanuit vrijheid begrijpen tegenover het in de wereld geworpen zijn met allerlei betekenissen die al vast lijken te liggen, is een vraag die steeds terugkomt. We worden geboren als lichaam en direct wordt dit lichaam benoemd als een meisjes of een jongenslichaam. Er is geen enkele noodzakelijkheid om het meisjeslichaam als inferieur te benoemen, als tweede sekse, dus gewoon ermee ophouden lijkt me een goede strategie.
In de zaal stond een man op, waarschijnlijk een docent, die vertelde dat zijn biologische dochter nu een prachtige zoon was geworden. Trots liet hij mij een foto zien. Inderdaad een prachtig mens. We filosofeerden samen waarom tegenwoordig meer biologische meisjes de wens te kennen geven om als jongen door het leven te gaan. Het beeld over wat een vrouw is, is blijkbaar te krap geworden, zo dachten we.
De aangeboden mallen passen lang niet iedereen. Wat zou er gebeuren als we daarmee ophielden? Er wordt een baby geboren, een mens, punt. Oh wat spannend wat voor een mens gaat dit worden? Welkom lief kind.
Vrouw of man zijn is geen voorbestemd biologisch programma maar ontstaat door toeschrijvingen met en vanuit taal en cultuur. Een baby wordt geboren in een wereld die allang talig rond mythes gevormd is.
Zijn we aan het groeien naar een samenleving die de vrouw-man dimensie durft los te laten? Zijn we aan het groeien naar echte vrijheid om onszelf vorm te geven? Of blijven we ons vastklampen aan de beelden over wat een vrouw is? We zijn al mooi. We zijn al vrij.
Heerlijk om daar samen met jonge mensen over na te denken. En wat fijn dat deze docent zijn verhaal met ons deelde. Als vader zijn kind steunt en tegelijkertijd nadenkt over de dwingende beelden in de samenleving.
Hoopvol verlaat ik de hogescholen. Ik ben al vrij zingt het door me heen.