Bestaat objectieve schoonheid?

Eternal beauty

Eternal beauty

Ik heb het eerste boek van Liesbeth gelezen en ben het met haar eens dat ons zelfbeeld wordt bepaald door hoe we over onszelf denken. De mening van anderen vormt ons tot wie we zijn. Als iedereen zegt dat je lelijk bent, dan krijg je een negatief zelfbeeld. Omgekeerd: wie zijn hele leven complimentjes krijgt, zal sneller tevreden zijn met zichzelf.

Toch bestaat er volgens mij wel iets als ‘objectieve schoonheid’, al valt dat concept niet in exacte cijfers uit te drukken. De één is simpelweg mooier dan de ander. Schoonheid lijkt te maken te hebben met normaalheid en symmetrie. Alles wat afwijkt van de norm, flaporen, magere mensen, dikkerds, reuzen, dwergen, vinden we minder mooi. Een symmetrisch gezicht en een normale lengte, daar houden we van.

Als mensen wat aan hun “afwijkingen” willen doen, bijvoorbeeld door middel van cosmetische chirurgie, dan kan ik dat mij goed voorstellen. Helaas is er een glijdende schaal te bespeuren van wat afwijkend is. Doodnormale neuzen, standaardschaamlippen, logische lachrimpels, de cosmetische arts snijdt graag de veronderstelde abnormaliteit uit je lijf.

Hebben we tegenwoordig allemaal een afwijking?

Door: Andreas Bouman.

 

5 gedachten over “Bestaat objectieve schoonheid?

  1. Dat ben ik niet met je eens, Andreas. Misschien ben ik teveel relativist, maar in mijn ogen betekent objectief ‘zonder door de eigen mening beïnvloed te zijn’. Wat je beschrijft, is (mogelijk) de mening van de meerderheid. En – om Loesje te citeren – laten we dat vooral niet verwarren met de waarheid. Kijken we naar de geschiedenis, dan zien we een steeds veranderend schoonheidsideaal. Naar mijn mening houdt dat alleen al in dat ‘objectieve schoonheid’ een illusie is.

    Schoonheid omvat voor mij veel meer dan fysieke kenmerken en symmetrie vind ik bijvoorbeeld veel minder belangrijk dan twinkelende ogen. Die persoonlijke weging maakt schoonheid per definitie subjectief.

    Je hebt het over ‘normaal’. Wat is dat voor jou? Een gemiddelde, een mediaan, een kenmerk van de meerderheid?

  2. Zoals ik al omslachtig aangeef, geheel objectieve schoonheid bestaat niet. Dat ben ik met je eens. Maar dat het een volstrekt subjectief begrip is, geloof ik evenmin. ‘Normaalheid’ is inderdaad lastig te definiëren, asymmetrie is makkelijker te omschrijven.

    In hoeverre objectieve schoonheid bestaat, hangt volgens mij af aan welke kant je staat in de nature/nurture-discussie. Ik ben geen psycholoog, maar geloof dat omgeving en genen beiden een rol spelen. Volgens mij is schoonheid voor een groot deel historisch/cultureel bepaald, maar spelen universele voorkeuren (erfelijk bepaalde voorkeuren) wel degelijk een rol.

    Dat laatste hoef je natuurlijk niet met mij eens te zijn, maar ik denk dat er wel valide argumenten voor te bedenken zijn. Bijvoorbeeld de koppeling van schoonheid en jeugd, die door culturen waar ook ter wereld wordt gelegd… Mensen vinden jong (lees: vruchtbaar) doorgaans mooier dan oud…

  3. Interessant, dank voor je reactie. Ik snap je redenatie en zie de waarde ervan, maar ben het er niet helemaal mee eens. Aan ‘objectief’ conform deze beschrijving hangt voor mij de sterke geur van ‘de mening van de meerderheid’.

    Je koppelt de ‘universele voorkeur’ aan jeugdige vruchtbaarheid en dus voortplantingsdrift/instinct. Houdt dat voor jou in dat schoonheid en aantrekkelijkheid volledig overlappen? Aantrekkelijkheid is voor mij namelijk meer dan schoonheid. Sommige mensen/dingen vind ik leuk om naar te kijken, maar als me gevraagd wordt of ik er iets mee wil/ze hebben wil, is het antwoord vaak hartgrondig nee. Ik vraag me dan ook af of universele schoonheid en voortplantingsdrift/lust exclusief aan elkaar gekoppeld zijn. Boeiende materie voor een onderzoek… Lies? 😉

    Het nature-nurture debat gaan we vast niet oplossen met z’n tweeën… Ik ben geen hardcore nurture-aanhanger, maar vind dat wel het meest interessant, omdat het meer beïnvloedbaar is. Ik ben met je eens dat beide factoren van invloed kunnen zijn en dat misschien wel per definitie zijn. Wel denk ik dat er gradaties zijn in de invloed van beide op het gedrag van elk individu. En daar hebben we weer een nieuw punt te pakken; groepsdruk en sociale wenselijkheid hebben waarschijnlijk ook invloed op de meningen over schoonheid die men openbaar maakt. Daarmee blijft voor mij de vraag of we überhaupt kunnen vaststellen dat er al dan niet iets is als objectieve/universele schoonheid.

    Groeten, Agnes

  4. In mijn antwoorden geef ik weinig nuances,maar schoonheid is inderdaad veel meer dan aantrekkelijkheid. Zeker. Ik ben overtuigd dat plaats, tijd en omstandigheden een grote rol spelen bij meningsvorming. Vaak een doorslaggevende rol. Of universele/objectieve schoonheid bestaat, zou je kunnen onderzoeken d.m.v. een antropologisch/historisch vergelijkend onderzoek. Dat zal trouwens vast wel eens gedaan zijn.

    Als we het puur hebben over fysieke schoonheid, dan denk ik dat zaken als een symmetrie, jeugdigheid en gezondheid aantrekkelijk worden gevonden. Gewicht, haarlengte en huidskleur zullen weer meer door omgevingsfactoren bepaald zijn. Tenminste, dat vertelt mijn onderbuik. Benieuwd wat de experts hierover te zeggen hebben!

    P.S. Als we het altijd met elkaar eens zijn, is er nooit discussie. Zou jammer zijn 😉

  5. Naomi Wolf stelt in 1991 dat schoonheid als objectieve en universele entiteit niet bestaat. Zij zegt:”schoonheid is een valutasysteem, zoals de goudstandaard. Zoals elk economisch systeem wordt dit bepaald door politiek en in het hedendaagse Westen is het het laatste geloofssysteem dat de mannelijke overheersing in stand houdt”.
    Daarnaast laat bestudering van historische en antroplogische literatuur zien dat mensen hun lichaam eeuwenlang omwille van schoonheid hebben beschilderd, gepierct, opgevuld, verstevigd, geplukt en gepolijst.
    Het uiterlijk is het meest publiekelijke deel van onszelf, waarvan de wereld aanneemt dat het een spiegel is van ons innerlijk. In die situaties dat we elkaar niet kennen, speelt het uiterlijk een grote rol. De stereotypie wie mooi is, is goed, speelt hier een rol in.
    Nancy Etcoff beschrijft in haar boek Het recht van de mooiste: “We hoeven een gezicht maar een fractie van een seconde te zien om de mate van schoonheid ervan te beoordelen. We geven het zelfs eenzelfde cijfer als na een langduriger inspectie”.
    Het gaat om waarnemen van schoonheid. Het is moeilijk in woorden uit te drukken waarom die ogen en die mond ons raakt. Symmetrie en een gave huid zijn enkele feitelijke onderdelen van schoonheid. Dat vinden we universeel mooi.
    Plato zei dat schoonheid berust op juiste verhoudingen en juiste afmetingen van delen die harmonieus in een geheel passen.
    Voor Augustinus is schoonheid synoniem met evenwichtigheid van geometrische vormen.
    Aristoteles zag schoonheid in orde, symmetrie en gelijkmatigheid.
    Ik wil Baudelaire het laatste woord geven: “schoonheid omvat altijd een altijd durend, vast element en een relatief van de omstandigheden afhankelijk element. Dit laatste omschreef hij als: het tijdperk, zijn modes, zijn zeden, zijn emoties”. Ik daag iedereen uit, zo schreef hij om een snipper schoonheid aan te wijzen die deze twee elementen niet bevat”.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

negentien − 10 =