Wie ben ik als niemand kijkt? van Liesbeth Woertman gaat over de rol van schoonheid en identiteit in het leven van vrouwen boven de veertig. Een van de dingen die vrouwen vanaf deze leeftijd vaak zeggen is ‘dat mannen steeds minder kijken’. Het verdwijnen van de male gaze opent nieuwe deuren en breekt oude concepten. Het geeft ruimte voor verwondering maar ook voor verdriet en verlies. In dit nieuwe boek probeert Liesbeth Woertman de fictie van het zelf en de rol van het vrouwenlichaam in de oudere levensfasen te doordenken.
Door: Sanne Peters
“In 2020 ging ik, midden in de coronacrisis, met pensioen. Van al mijn plannen, zoals cursussen volgen en musea bezoeken, kwam niets terecht omdat iedereen thuis moest blijven. Ik ging dus van al meer dan dertig jaar werken op een universiteit naar een doodse stilte. En in mijn geval was mijn werk niet alleen iets om geld mee te verdienen, maar daar lag ook een groot deel van mijn identiteit.
Mensen zijn geneigd om te denken dat we hele autonome wezens zijn die zelf een prachtige identiteit construeren, maar dat is niet zo. We construeren de identiteit rondom de sociale rollen die we spelen. Dus ineens was ik geen hoogleraar, geen therapeut, geen grootmoeder (ik mocht mijn kleinkinderen niet meer zien), en geen dochter meer (ik mocht mijn moeder in het verpleeghuis niet bezoeken). Op allerlei niveaus en levensgebieden werden die delen van mij niet meer aangesproken. Toen kwam de vraag in mij op: wie ben ik als niemand kijkt?”
Je schrijft dat het belangrijk is om rolmodellen te hebben. Waarom is dit belangrijk?
“We leven in een tijd waarin we alles uit onszelf moeten halen. Iedereen moet autonoom en authentiek zijn. Dat is nog niet zo eenvoudig, omdat we al bij geboorte in een wereld worden geworpen die al betekenissen heeft. De vrijheid om zelf betekenis te geven aan bijvoorbeeld het woord ‘vrouw-zijn’ is helemaal niet zo eenvoudig.
Rolmodellen zijn de dappere onder ons die voorop lopen. Niet dat ik er als een dom schaap achteraan wil hobbelen, maar ze kunnen mij prikkelen en ik kan veel van hun zoektocht leren. Ze geven je een andere kijk op dingen waardoor je denkt: zo zou het ook kunnen. Het zijn inspiratiebronnen en bieden houvast, waardoor je hulp krijgt in je eigen identiteitsvorming.”