De derde leeftijdsfase van vrouw naar mens naar onbegrensd

De hei is dit jaar al volop in bloei, de nazomer is begonnen. Gek gevoel, nu het academische jaar bijna begint,dat ik daar geen deel meer van uitmaak. Het is duidelijk dat ook ik in mijn nazomer ben beland. Om daar een beetje mee om te leren gaan en nieuwe betekenissen te zoeken, schrijf ik een boek over vrouwen in deze derde levensfase. Ik zoek naar rolmodellen en zie soms een oudere vrouw op de cover van een tijdschrift. Denk aan de actrice Judi Dench (85) die het oudste Vogue covermodel ooit was, maar daar kan ik me niet mee identificeren. Ik lees veel over de derde leeftijdsfase maar het merendeel van de teksten gaan over mannen.

Wie ben ik als vrouw, als mens zo zonder vastomlijnde beelden en taken. Nou ja het beeld van een oudere vrouw bestaat uiteraard wel maar dat is negatief. Een oudere vrouw is dor, gerimpeld en lelijk. Dat waren de woorden die gebruikt werden door respondenten die de zin afmaakte Het lichaam van een oudere vrouw is…………………………………………

In de media worden in sommige contexten, vooral seksuele contexten, vrouwen van veertig al oud genoemd en blijkbaar als je aan mensen vraagt om woorden te geven aan het lichaamsbeeld van een oudere vrouw, dan denken we aan een hele oude vrouw. Waarom is het culturele lichaamsbeeld van oudere vrouwen zo negatief? Ook over de positie van oudere vrouwen en haar betekenis is weinig positiefs te vinden. Misschien is alleen de rol van grootmoeder positief te noemen in onze tijd en cultuur.

Volgens klassieke ontwikkelingspsychologen is het doel van de ouderdom integratie maar hoe moeten vrouwen dat doen?

Rainer Maria Rilke schreef al in 1929 in zijn brieven aan een jonge dichter “Op zekere dag bestaan er het meisje en de vrouw, wier naam niet meer alleen een tegenpool van het mannelijke zal betekenen, maar iets op zichzelf staands, iets waarbij je niet aan aanvulling en begrendsheid denkt, alleen aan leven en bestaan: de vrouwelijke mens. Deze verhouding zal het liefde-beleven omvormen tot een verhouding die bedoeld is van mens tot mens, en niet meer van man tot vrouw”.

Een oudere vrouw, een mens op zichzelf maar uiteraard wel in relatie tot anderen en de haar omringende wereld, hoe kan zij zich positief vormgeven, omringd door al die negatieve beelden, dat is mijn vraag. Maar zoals Rilke het zo prachtig omschrijft door die vraag te leven en erover te schrijven, glij ik hopelijk op een dag, het antwoord binnen. Maar mochten jullie suggesties hebben, dan hoor ik die graag.