Nieuw boekcontract getekend

Vandaag, 25 april 2024, een contract getekend bij uitgeverij ten have voor mijn nieuwe boek.

Verschijningsdatum najaar 2024. Op dit moment is er een vormgever aan het werk om een voorkant te maken. Ik had een schilderij van Hilma Klint gekozen, veelkleurig en verschillende vormen met een gezicht tussen al die ronde en meerhoekige objecten. Ik vond het een mooie verbeelding van de inhoud. Maar het gezicht bleek erin gefotoshopt en de rechthebbenden konden om die reden geen toestemming geven. Jammer nu weer op weg naar een nieuwe creatie.

Het nieuwe boek sluit mooi aan op Wie ben ik als niemand kijkt. Opnieuw gaat het over identiteit, over het relationele ik, de relatie tussen de samenleving en het individu, over vrijheid en begrenzing. Daar raak ik maar niet over uitgedacht en er valt nog zoveel over te ontdekken.

Leuk om weer eens op de uitgeverij te zijn. De laatste jaren hadden we veel contact via de mail en met enige regelmaat een lunchafspraak in de Moestuin. Maar nu had ik zin om weer eens fysiek in het hart te zijn waar mijn boeken worden vormgegeven. Het is een onmogelijk grote torenflat vlakbij het voetbalstadion Galgewaard waarin verschillende uitgeverijen bij en met elkaar hun werk doen. Wanden met boeken die net verschenen zijn en een wand met boeken waar je uit mag kiezen om een boek mee te nemen. Zo leuk voor boekengekken zoals ik.

Het motiveert, stimuleert om hier binnen te zijn en even thee te drinken met mijn uitgever Niels Cornelissen en te vertellen hoe ver ik al ben en dat ik weer geconcentreerd kan werken na de dood van mijn moeder.

Aan de slag.

De Woudkapel wat een schitterende plek

Woudkapel 16 maart 2023

Wat een schitterende plek de Woudkapel in Bilthoven, voor vrijdenkers en zinzoekers. Ze hebben net hun 100 jarige bestaan gevierd. Kijk eens op hun site www.woudkapel.nl en je ziet een keur aan lezingen, muziek, exposities, films, dansavonden en inspiratiedagen.

We werden ontvangen door een bestuurslid. De Woudkapel wordt gerund door een grote groep vrijwilligers die zich met hart en ziet inzetten. De kapel ademt rust, bezinnig en omarming uit en zo ook de mensen.

In de lezing probeer ik Wie ben ik als niemand kijkt te verbinden aan het boekenweekthema Ik ben alles. Mijn openingszin was “Waar begin je je verhaal? Waar ligt het begin van degene die je bent?

In het middendeel vertelde ik over dat je gaat lijken op wat je vereerd dus wees voorzichtig aan wie je je liefde, tijd en toewijding geeft. Werkelijk contact vraagt om tederheid. De tast is het zintuig van wederkerigheid.

Afrondend zei ik dat we een mens met vele gezichten zijn. Empathie met mijzelf is minder makkelijk dan het lijkt, om de eenvoudige reden dat het mijzelf, minder mij en minder zelf is dan gedacht. We laten ons een identiteit aanmeten door de ander en beseffen dat nauwelijks. Vervreemding is geen vervreemding van een oorspronkelijke identiteit maar van wat ons lichaam ervaart en niet werd gevalideerd.

Zo krijgt u een beetje beeld van deze lezing in het kader van de boekenweek in de prachtige Woudkapel. Vele vragen werden er gesteld en er ontstond resonantie. Ik ga er zeker nog eens terug en heb al verschillende aansprekende activiteiten gevonden om naar uit te kijken. Dank aan de Bilthovense boekhandel voor deze uitnodiging en de mooie avond. Dank aan het publiek die mij zo open onthaalde.

Patiënt

dokter-a

Al een half jaar ben ik aan het kwakkelen. Eerst een longontsteking waar ik extreem traag van herstelde. In dat vermoeide lichaam de ontdekking van een basaalcelcarcinoom en beklemming op mijn borst waardoor ik een middag op de eerste hart hulp terecht kwam. Ja ik wist het ook niet maar er bestaat een eerste hart hulp. Lees verder

Rode arm

Griftpark

Het is dertig graden en we zijn in het Griftpark. Hij op zijn loopfiets en ik langzaam lopend. Hij maant mij aan tot spoed. Ik heb het al zo warm. Straks ben ik zo rood als een tomaat. ‘Ik niet’ zegt hij, ‘Want ik ben half Spaans en half Nederlands.’ Hij wil zijn shirt uit. Met ontbloot bovenlijf staan we stil bij een reiger in de boom. We gaan verder. Wat later in de middag zie ik dat zijn arm rood begint te worden. ‘He, je begint te verbranden. Kijk je arm is rood.’ In stomme verbazing kijkt hij naar zijn arm en naar mij. Lees verder

Kom hier dat ik u kus

Kom hier

Een roman geschreven door Griet op de Beeck over Mona als kind, als 24-jarige en als 35-jarige vrouw. Lang geleden dat ik zo geraakt was door een roman. Het verhaal gaat over zwijgen. Over niet rechtstreeks zijn, maar invullen wat je denkt dat een  ander nodig heeft. Over een ander niet willen kwetsen, over trouw en ontrouw zijn. Over de gruwelijke loyaliteit van een kind. Over bang zijn en soms dapper. Over jezelf durven redden. Over eenzaamheid, over vergeten en niet kunnen vergeten. Lees verder

Mannen en hun lichaam

Daniel Pennac

Daniel Pennac

Mijn onderzoeken richten zich vooral op vrouwen. Nu ben ik bezig samen met Femke van den Brink, mijn promovenda, bezig met mannen en hun lichaam. Ter voorbereiding las ik de afgelopen week Lijfboek van Daniel Pennac.

Van zijn dertiende tot zijn zevenentachtigste, houdt de hoofdpersoon van deze roman een dagboek bij. Het dagboek heeft slechts een onderwerp. Zijn eigen lichaam. Zijn angsten, ongelukken, ziektes, gevoelens, pijn en plezier beschrijft hij heel open.

Lijfboek

Lijfboek

Het gevoel van thuiskomen bij een ander lichaam, terwijl hij op zijn 13de een keelontsteking heeft, bij de vrouw die hem verzorgt, beschrijft hij op pagina 37:

“Mosterdomslagen, gorgeldrankjes, tinctuur, rust, allemaal goed, maar de beste remedie is inslapen bij de geur van Violette. Ze ruikt naar was, groente, houtvuur, zwarte zeep, bleekwater, oude wijn, tabak en appel. Als ze me onder haar omslagdoek neemt, kom ik thuis. Ik hoor haar woorden diep in haar borst pruttelen en val in slaap. Als ik wakker word, is ze er niet meer, maar haar omslagdoek ligt nog steeds over me heen. Dan verdwaal je niet in je dromen jochie. Verdwaalde jachthonden vinden altijd de weg terug naar de kleren van de jager”.

Ook op zijn 13de scheurde hij een pagina uit de Larousse, stak de tekening in de gleuf van de spiegel en vergeleek zichzelf met de tekening.

“Het is een feit dat we absoluut niet op elkaar lijken. Het lichaam op de tekening is van een volwassen atleet. Hij heef brede schouders. Hij staat recht op zijn gespierde benen. Ik lijk nergens op. Ik ben een slap, wit kind, met een kippenborst, zo mager dat je de post onder mijn schouderbladen zou kunnen schijven (aldus Violette). Toch hebben we iets gemeen: we zijn allebei doorschijnend. Je kunt onze aders zien, je kunt onze botten tellen, maar bij mij is geen enkele spier zichtbaar. Ik heb alleen huid, aders, zacht vlees en botten. Niets is in vorm, zou mama zeggen. Het is waar. Zodoende kan iedereen me mijn leven afpakken, me aan een boom vastbinden, in een bos achterlaten, me schoonspuiten met een tuinslang, me belachelijk maken of zeggen dat ik nergens op lijk”.

Hij gaat boksen, rennen, zwemmen om zoveel mogelijk op de tekening te lijken. Het is 1936. Een jongen voor de spiegel.

Ben benieuwd wat de mannen van nu te vertellen hebben.

 

Door: Liesbeth Woertman

De eeuwige strijd tussen weten en beseffen

van der Heijden

Een kleine, wat vierkante man, stapt tijdens een lezing naar voren en begint te spreken. Hij staat daar luid en duidelijk, je kan er niet omheen. De zaal is direct stil. Hij vertelt over de schrijver A F Th van der Heijden, die zijn 21 jarige zoon had verloren en daar het boek Tonio over schreef.

In het boek beschrijft hij dat hij weet dat zijn zoon dood is, maar dat alles in hem zich verzet. Hij weet het wel maar wil het niet beseffen. Als ons zo iets ergs gebeurt, als de dood van een geliefde, dat lijkt dit een logische reactie. Een reactie om ons af te schermen van dat onpeilbare verdriet. Maar het wonderlijke is, dat we dit op tal van terreinen doen.

De strijd tussen weten en beseffen

Deze strijd tussen weten en beseffen komt me bekend voor. Als ik te laat naar bed ga, weet ik dat, maar ik hou er een verhaal over waarom dat zo is. Ik wil niet beseffen hoe moe ik van mezelf word en dat het veel beter is om er op tijd in te kruipen.

Ieder moment van de dag weten dat ik leef, maar meestal besef ik het niet. Weten dat mijn lichaam goed functioneert, maar meestal besef ik het niet. Weten dat er van me wordt gehouden, maar meestal besef ik dat niet. Om weten en beseffen meer samen te laten vallen, is het nodig om te voelen wat ik denk.

 

Door: Liesbeth Woertman