In een imposante kerk in Alkaar werd gisteren een congres gehouden over identiteit door psychologen, psychiaters en gespecialeerde verpleegkundigen. In de ochtend zoals meestal bij een symposium vier lezingen en in de middag workshops.
Mijn verhaal ging over het lichaam als moderne identiteitsverlener. Hier een klein stukje om u te laten proeven waar ik gisteren over vertelde. We worden naakt geboren, zonder zelf, in een lichaam. We worden in een wereld geworpen die al betekenis heeft. Wat een vrouw is, wat aantrekkelijkheid en schoonheid is, ligt al klaar. Als we een beetje geluk hebben, vinden onze ouders ons prachtig en kijken ze met warme ogen naar ons. Dat is een warm welkom maar dat geldt jammer genoeg niet voor iedereen. Als je onverschillig bent aangeraakt. gepest door leeftijdsgenoten, mishandeld of misbruikt dan wordt het lastig om een positief lichaams- en zelfbeeld te ontwikkelen.
Tijd en plaats waren lange tijd dragers van onze identiteit. De tijd gaf onze identiteit een verticale lijn omdat onze levens op die van onze (groot) ouders leken. We waren de kinderen van … en ook bleven we generaties lang op dezelfde plek. Dat is nu totaal anders door migratie, internet en de snelle veranderingen in de maatschappij.
Onze bezorgdheid om ons lichaam is niet zorgzaam; het is een bezorgdheid over de aftsand die we nog moeten afleggen om dat ideale lijf te verwerven. Als de intieme resonantie met het eigen lijf zoek is, dan wordt intimiteit met een ander heel moeilijk, zegt Paul Verhaeghe, mijn zeer gewaardeerde collega. Dat ben ik zo met hem eens.
Dit zijn wat fragmenten uit het verhaal dat ik in Alkmaar hield, in een steenkoude kerk. De ruimte was imposant zoals u kunt zien, maar maakte het nabij komen, lastig. Ik vind het steeds vervelender om op een hoog podium te staan. Gelijkvloers in een warme ruimte helpt meer om elkaar in de ogen te kijken. Nu ben ik dat poppetje in de verte.
Tijdens de lunchpauze, terwijl zich een lange rij voor het buffet vormde, konden we toch met een kleiner groepje echt in gesprek met elkaar komen en daar heb ik me aan gewarmd. Gelukkig was vriend Pete als chauffeur mee en konden we onze ervaringen delen. Mijn lichaam in een gigantische ruimte, op afstand van andere mensen, wordt steenkoud. Het belang van warmte en nabijheid was me weer glashelder.