Veertig jaar ben ik op deze foto. Het was tijdens een congres waar ik zat te luisteren maar waarschijnlijk ook moest spreken in Utrecht. Geen idee meer waar het over ging. Het pakje dat u ziet, heb ik nog steeds en ik draag het nog wel eens. Ik voel me er altijd comfortabel in. Ik was net naar de kapper geweest, dat deed ik altijd voor een optreden. Wat lijkt het lang geleden.
Vandaag was ik in Utrecht en uit nostalgisch oogpunt wilde ik de universiteitsbibliotheek even in. Zomaar wat schrijven en me onderdeel voelen van de academische wereld maar dat ging zomaar niet. Ik dacht dat de bibliotheken open waren, tenminste de openbare bibliotheek is wel open dus ik dacht de universiteisbibliotheek zal ook open zijn en ik verheugde me op het samen zijn met studenten en collega’s in een fijne sfeer. Maar niet dus. Er was alleen bewaking. De beveiliger vroeg of ik kon aantonen dat ik aan de universiteit Utrecht werkte. Ik kon mijn computer laten zien en mijn solisnummer opnoemen. Eerst maar mijn naam. Hij zoeken en vond mijn naam blijkbaar want hij zei met oprechte verbazing in zijn stem. Bent u professor? Ik knikte. Voornaam? Elisabeth Maria, roepnaam Liesbeth. Hij aarzelde en keek me nog eens aan.
Ik vertelde dat ik zo een lunchafspraak had en dat ik het prima vond om even op een bank in de hal te zitten werken maar dat vond hij blijkbaar te gortig. Gaat u maar naar de kantine.
Er zaten nog twee mensen te werken en verder was het uitgestorven. Ik installeerde me en opende mijn computer. Niet veel later kwam hij weer langs. Lukt het om in te loggen? Ja zei ik en hij liep door. Hij nam zijn werk duidelijk serieus.
Maar ja van het gevoel om me onderdeel te voelen van de academische gemeenschap, kwam niets terecht en na een half uur verliet ik het gebouw. Ik bedankte de beveiliger voor zijn welwillendheid en prompt liep ik door de verkeerde deur naar buiten. Hij corrigeerde me en wees me de deur waardoor je het pand diende te verlaten. Het regende toen ik buiten stond.
Wat erg voor alle studenten en medewerkers dat dit prachtige statige pand dus blijkbaar al zolang leeg staat. Waarom? Met een beetje aanpassing kunnen er toch behoorlijk veel mensen terecht zonder dat je op elkaars lip zit. Nog niet eerder heb ik de coronamaatregelingen zo sterk gevoeld en ik miste echt de verbinding met de academische gemeenschap. Ik kijk nog eens goed naar mijn foto uit een tijd die niet meer bestaat. Zal die ooit nog terugkomen?